Het is maar dat u het weet: in hun oneindige wijsheid hebben de wetenschappers besloten, dat alle Dicentra-soorten tegenwoordig Dactylicapnos moeten heten. We mogen gelukkig op dit moment nog beide namen gebruiken.
Dicentra scandens of Dactylicapnos macrocapnos? Wie informatie over deze bijzondere klimplanten zoekt, struikelt makkelijk over deze vier woorden. De planten behoren in ieder geval tot de Papaveraceae, de papaverfamile. Vast staat ook dat dit een grappige plant is. Het is er zo eentje waar je je later van afvraagt ‘waar komt hij toch vandaan?’ Die had je daar toch niet geplant? Door het ragdunne net werk van ranken en klein blad valt de plant in het begin van de groei niet op en pas later, als er wat massa is verkregen, verschijnen opeens trosjes gele bloemen… De wortelstok kan zich op een andere plek bevinden! In tegenstelling tot de meer bekende gebroken hartjes of Mariatranen – welluidende Nederlandse namen voor Dicentra of Dactylicapnos – vormt deze geen pol, maar gaat de hoogte in met behulp van zijn fijn vertakte ranken. Dat kan al in het late voorjaar beginnen, om door te groeien totdat de vorst invalt. De hartvormige bloemen meten één tot anderhalve centimeter. Ze vallen vooral op door hun lichtgele kleur en niet vanwege hun massale aanwezigheid. Het blad verschijnt in drievoud aan diezelfde stengels, is klein en bijna transparant met een blauwachtige glans. Bij warm en zonnig weer worden die bloemtrosjes gevolgd door roodachtige kleine zaadpeulen met een lengte van enkele centimeters, die eenmaal gedroogd uitgezaaid kunnen worden. Wellicht een betere manier: spit de wortelstok voor een deel uit en breek deze in kleinere stukken. Eénmaal gepoot of verplant zal elk stukje opnieuw gaan wortelen, klaar om meer van de wereld te gaan veroveren.
STANDPLAATS
Een humusrijke plaats in een bodem die vocht kan vasthouden dus niet uitdroogt, daar komen deze planten het beste tot hun recht. Bomen of heesters die als steun dienen lijken weinig last van deze plant te hebben, mede vanwege het transparante uiterlijk van de dunne stengels en het fijne blad. En wordt het teveel, dan kan een deel gemakkelijk verwijderd worden. Het verwijderen van planten met onbedekte handen zou allergische reacties kunnen veroorzaken, zelf heb ik daar nooit last van gehad. Ook zou het eten van alle delen van de plant tot problemen kunnen leiden, dus niet doen! Als een vorstperiode een eind maakt aan de verrassend lange bloeiperiode, dan kan alle bovengrondse groei worden verwijderd. De plant overleeft via de knolachtige wortelstok, om volgend voorjaar weer van vooraf aan te beginnen. Toch wel leuk, zo’n meeliftende passagier die over zo’n lange periode bloeit!
AFKOMST
Deze planten zijn afkomstig uit het verre Nepal en overwinteren gemakkelijk. In het land van herkomst worden ze vaak op een hoogte tussen de 1.500 en 3.000 meter gevonden. Een leuke bijkomstigheid: in mijn tuin groeit deze klimmer op een hoogte van min acht meter, zo ongeveer het diepste plekje van Nederland… Mocht een lezer me iets kunnen vertellen over het verschil tussen Dactylicapnos scandens of D. macrocapnos dan hoor ik dat graag! De plant die ik bezit, ik weet niet welke van de twee het is, is in ieder geval dankbaar gezelschap in de tuin.
Wetenschappelijke naam: Dicentra scandens of Dactylicapnos macrocapnos
Nederlandse naam: Klimmend gebroken hartje
Engelse naam: Climbing dicentra
Familie: Papaveraceae – Papaverfamile