Plantennamen-hobbels

//Plantennamen-hobbels

Plantennamen-hobbels

Een redacteur is ook maar een mens, met een persoonlijke mening. In deze rubriek geven we steeds een redacteur of medewerker van dit blad de ruimte om zijn of haar visie te geven op een tuingerelateerde kwestie. Wiert Nieuman wordt sacherijnig van het gesol met plantennamen.

Planten zijn de rode draad in mijn leven. Ik blijf genieten van de fantastische vormen en kleuren, en de manier waarop planten een rol spelen en deel uitmaken van het leven op aarde blijft me boeien. Tot zover geen wolkje aan de lucht. Maar… het gesol met plantennamen, daar word ik soms sacherijnig van. Ik kan me wel gedeisd houden en zo vermijden dat ik tegen gevoelige schenen aanschop, maar dat haalt mijn frustratie niet weg en ik ben bang dat het alleen maar erger wordt. Niet mijn frustratie, maar dat gesol met namen!

Dat Linnaeus het binaire stelsel ontwikkelde is belangrijker dan de uitvinding van het buskruit. Een plant of een dier kreeg een geslachtsnaam en een soortaanduiding en die twee samen werden de soortnaam en iedereen wist om welke plant het dan ging. Soms werd een soort opgesplitst in ondersoorten of vormen maar ook daar kon iedereen mee leven. De eerste rimpeling in de plantennamenvijver verschijnt als ik ontdek dat er planten zijn waarvan de soortnaam sylvatica is, maar ook soorten met de naam silvatica; of chinensis en sinensis. Het verschil hoor je niet en wat moet je dan opschrijven?
Denk niet dat de deskundigen geen regeltjes hebben. Een cultivar die na 1959 is gewonnen mag geen Latijnse naam meer krijgen. Een bijzonder mooie Phytolacca acinosa mag je daarom niet ‘Superba’ noemen. Stel je hebt een plant die je al heel lang onder een bepaalde naam kent, maar dan is er een plantennamenzoeker die ontdekt dat die soort vroeger een andere naam had. Als die naam na 1753 is gegeven dan wordt dat de correcte naam want de prioriteitsregel schrijft voor dat een plant die na 1753 een wettige naam heeft gekregen die naam ook moet houden. Voor de liefhebber en de professional is dat stressverwekkend.
Regeltjes zijn niet zaligmakend en taxonomen zijn ook maar mensen. Dat geeft nog een veel grotere rimpeling, want volgens deskundigen zijn Cedrus atlantica en Cedrus libani één variabele soort en die heet Cedrus libani, maar dat wordt niet door iedereen gevolgd. En wie kent Oenothera lindheimeri of Hylothelephium telephium? Zoek het op en je zegt: ‘O, bedoelen ze dat!‘ De naam Althaea is vrouwelijk en dus wordt het Althaea cannabina, maar dan ontdek ik dat het Dierama pulcherrimum is, dus met een mannelijke uitgang. Het wordt nog erger. In 1998 werd de Angiosperm Phylogeny Group opgericht, die aan de hand van DNA de systematiek van planten bestudeert. Sinds die tijd is de plantenwereld in chaos want bijvoorbeeld Aster novae-angliae, die herfstaster, heet nu ineens Symphyotrichum novae-angliae. Het hele geslacht Aster is uit elkaar getrokken zoals een hond een pantoffel molt. Cimicifuga, met als Nederlandse naam zilverkaars, bestaat niet meer. Dat is allemaal Actaea geworden. Zo zijn er tientallen voorbeelden. Zie je de afkorting APG, schrik dan en huiver.

Genoeg kommer en kwel zou je denken. Maar het blijft niet bij soortnamen die om welke reden dan ook kunnen veranderen. Tegenwoordig zijn er ook merknamen of handelsnamen. Die schrijf je met hoofdletters: GOLDEN TIARA, maar dat is dus geen cultivar- of rasnaam. Nee het is Clematis ‘Kugotia’ GOLDEN TIARA. Maar kijk niet verbaasd als je Clematis ‘Golden Tiara’ ziet aangeboden, want ook de verkopers raken het spoor bijster. De enige reden is mijns inziens om met een prikkelende of mooie naam de afzet te vergroten. Voor alle duidelijkheid: bij sierplanten spreekt men gewoonlijk over cultivars en bij groenten en fruit over rassen. Heb je als kweker een nieuwe selectie en wil je die een naam geven en kwekersrecht voor aanvragen dan geef je die een culivarnaam: Clematis ‘Evip026’. Dat is voor ons eenvoudige plantenmensen niet te onthouden en daarom krijgt die plant als handelsnaam DIANA’S DELIGHT. Het is me absoluut niet duidelijk waarom je dan niet de cultivarnaam ‘Diana’s Delight’ hebt gekozen. Natuurlijk heeft de business daar wel een antwoord op, maar daar wil je je als liefhebber toch helemaal niet mee bezig houden? Net zo min als met alle nieuwe cultivars die met veel rumoer onder de meest verleidelijke namen op de markt gezet worden en waar je over twee jaar niets meer van hoort.
Als klap op de vuurpijl: Volgens sommige berichten zou slechts ongeveer 45% van alle plantennamen in botanische tuinen kloppen. Maar gelukkig kunt u foto’s bekijken en de plant vaak in levende lijve bewonderen en dan een keus maken. De plant maakt je blij en daar gaat het om.

Wilt u reageren? Stuur een mailtje aan info@tijdschriftdetuin.nl, met als onderwerp ‘Wiert over plantennamen’.

2019-12-18T11:47:32+02:0018 december 2019|Nieuws|