Ze noemen me een cultuurvolger. Waarom weet ik niet; ik snap die mensentaal niet zo goed. Ik groei graag tussen wintergraan en dan op plekken waar het niet te koud is in de winter. Nattigheid heb ik ook een hekel aan. Ja natuurlijk, noem me maar weer een koukleum en kasplantje! In Nederland ben ik zo goed als verdwenen. Geef mij het warme zuiden maar, een lekker hellinkje op het zuiden, tussen het wintergraan. Mensen vinden mij onopvallend, nou dat boeit me totaal niet, ik vind mezelf best wel mooi. Vroeger, ja wij akkeronkruiden denken met weemoed terug aan die fantastische tijd, kwam ik zelfs tot in Groningen voor. Die klei was echt zo gek nog niet. Ik begrijp dat ze daar nu wel mensen uittrekken. Raar hoor, ik heb nooit mensen vast zien zitten in de klei.
Scroll naar beneden voor het juiste antwoord…
Scandex pecten-veneris – Naaldenkervel