Er is de afgelopen decennia nogal wat gebeurt binnen het sortiment hoge Sedum. Veel nieuwe introducties zijn toegevoegd, met name bij de roodbladige, maar in de praktijk blijkt niet alles even betrouwbaar. De zoektocht naar de beste cultivars begint zoals altijd bij de specialistische kwekers. Zij hebben immers de kennis én ervaring.

Sedum ‘Frosty Morn’

Sedum ‘Herbstfreude’
Wie zoekt naar Sedum merkt al snel dat er een tweedeling is in lage en hoge soorten. De lage zijn vrijwel allemaal bodembedekkers voor zonnige en droge plaatsen. De hoge, waartoe dit artikel zich beperkt, vormen bossige borderplanten. In ‘Het Nieuwe Vaste Planten Boek’ (vijfde druk, 1973) beschreef Mien Ruys S. spectabile, S. spectabile ‘Brillant’ en S. ‘Herbstfreude’. De laatste twee zijn nog altijd veel gevraagd. Rob Herwig benoemde in zijn boek ‘2850 Tuin & Kamerplanten’ (1984) ook nog S. telephium, tot veertig centimeter hoog en doorbloeiend tot in oktober. Deze twee soorten, S. spectabile en S. telephium, vormen de basis van het huidige sortiment hoge Sedum. In de meest recente Naamlijst van Vaste Planten van Naktuinbouw staan er bij S. spectabile inmiddels zestien cultivars en bij S. telephium zo’n dertig. Daarnaast zijn er, door met beide soorten te kruisen, behoorlijk wat hybriden bijgekomen. Bekendste voorbeeld is S. ‘Matrona’ – S. spectabile x S. telephium ‘Atropurpureum’ – die in 1994 door Ewald Hügin werd gevonden en tijdens Plantarium 1997 een gouden medaille ontving. Overigens hanteert de naamlijst bij beide soorten nog altijd de naam Sedum, de Engelse RHS kiest inmiddels voor de aangepaste naam Hylotelephium. De meningen zijn vooralsnog verdeeld…
Het hele verhaal lezen? Koop het magazine in de winkel of bestel hier via de webshop of neem een abonnement a € 48,50 per jaar en kies hier uw welkomstgeschenk: www.tijdschriftdetuin.nl/welkomstgeschenk

Sedum ‘José Aubergine’

Sedum ‘Matrona’

Sedum ‘Red Cauli’